Nieuwe mout in Ebeltoft
Een iconische fabriek in Djursland, Denemarken, is omgevormd tot een culturele krachtpatser.
De moutfabriek stond anderhalve eeuw in het centrum van Ebeltoft - zo groot als een kathedraal en met een prachtig uitzicht over de baai. Het rode kalkgewassen fabrieksgebouw uit 1861 heeft kantelen en een hoge bakstenen schoorsteen, bekroond met een gigantische roestvrijstalen windkap.
De afgelopen eeuw was de moutfabriek van S.B. Lundberg een belangrijke producent van mout voor het brouwen van bier, zowel in Denemarken als in het buitenland. Er was veel vraag naar de mout en er werden uitbreidingen en silo's toegevoegd naarmate het bedrijf groeide. In de loop der jaren is het uitgegroeid tot een labyrintisch complex, met een veelvoud aan verschillende ruimtes.
Dramatische transformatie
De gouden jaren kwamen uiteindelijk ten einde en de gebouwen raakten in verval. Toen de productie in 1998 volledig werd stopgezet, bleef Ebeltoft achter met een spookachtig icoon dat geen doel meer had. Er waren veel ideeën, maar het kostte tijd om een consensus te bereiken en de financiering op orde te krijgen. Het proces kwam pas in 2007 in een stroomversnelling en daarna duurde het 13 jaar voordat het project in 2020 was voltooid.
Nu heeft de fabriek een nieuwe identiteit en zal de stad Ebeltoft nooit meer hetzelfde zijn. De setting is ideaal voor ondernemers, artiesten en mensen die van culturele evenementen houden. Toeristen zullen er in het zomerseizoen naartoe trekken en Ny Malt (Nieuwe Mout) zal nog steeds bruisen van het leven wanneer ze weer vertrekken.
Veel mensen hebben bijgedragen aan het project en Praksis Arkitekter was verantwoordelijk voor de uitstekende transformatie. Dit is gedaan met veel respect voor de bestaande fabriek en er zijn moderne kunstenaarswoningen met ateliers gebouwd die in harmonie zijn met het geheel.
Ruimte om te dromen
Praksis Arkitekter heeft zich ondergedompeld in de geschiedenis van het gebouw. Ze hebben ook geluisterd naar de vele verschillende gebruikers en geweldige ruimtes gecreëerd voor activiteiten. De uitstraling die ze hebben bereikt is een uitgekiende mix van ruw beton, bestaande houten constructies, stalen trappen en uniek gevormde ruimtes. Achter de meeste deuren wachten nieuwe ervaringen en veel van de fabrieksmachines zijn bewaard gebleven als sculpturen, met een grote vertelwaarde.
De architecten hebben het gebouw opener gemaakt door betonnen dekken te verwijderen en lange zichtlijnen te creëren. De ruwe interieurs brengen natuurlijk akoestische uitdagingen met zich mee, maar deze zijn aangepakt door in veel kamers Troldtekt akoestische plafonds te installeren. Er zijn zwarte panelen en witte panelen gebruikt, die beide discreet in de algehele look passen. Ook de akoestiek in de werkplaats en het sfeervolle café in de bijgebouwen is verbeterd met cementgebonden houtwol.